Er zijn veel ouders en verwanten van de
bewoners van de drie woonhuizen naar de ouderavond gekomen. Aan de oproep voor
deze ouderavond met als thema ‘Ouderparticipatie’ is goed gehoor gegeven. Ik
krijg koffie aangereikt en voeg me in de kring met mensen die ik nog steeds niet
allemaal ken. Het maakt dat ik me niet echt op mijn gemak voel. Enkele ouders
van de jongeren uit Margo’s woonhuis knikken naar me als blijk van herkenning en
begroeting.
De locatiemanager heet iedereen welkom
en opent de bijeenkomst door iedereen te herinneren aan de datum van vandaag.
Elf november; het feest van Sint Maarten. De manager laat een ansichtkaart zien
met Sint Maarten en zijn mantel. Sint Maarten, de Romein die op zijn reis een
bedelaar tegenkwam maar hem geen geld kon geven. Sint Maarten sneed zijn mantel
met zijn zwaard in twee delen en schonk de ene helft aan de bedelaar, de andere
helft hield hij zelf.
Voor de locatiemanager is dit verhaal
een bruggetje naar het thema van deze bijeenkomst. Gezien de ontwikkelingen in
de zorg wil hij op deze avond polsen hoe gewillig de ouders en verwanten van de
bewoners zijn om te delen in de zorg. Volgens hem komt hij er niet onderuit om
in de toekomst de hulp van ouders en verwanten in te schakelen. Om zijn
toekomstbeeld kracht bij te zetten is er iemand die uitleg geeft over de
financiële kant van de zorgvraag van de bewoners. De vrouw legt één en ander uit
over de inkomsten en uitgaven van de woonhuizen, de personeelskosten en de
dienstroosters. En dan vooral waarop bezuinigd kan worden middels de hulp van
ouders en verwanten. Een keer een schuurtje schilderen of de kamer van zijn of
haar kind een grondige schoonmaakbeurt geven, is voor niemand een probleem
blijkt al snel uit de reacties. Maar als ter sprake komt dat een artsenbezoek
voor een bewoner samen met een ouder in plaats van een begeleider enorm zou
besparen op de personeelskosten, ontstaat er meteen een discussie. Voor de één
is het geen probleem, voor de ander is het onoverkomelijk. Ik luister naar de
voors en tegens, maar meng me niet in de discussie. De bezwaren die worden
aangedragen zijn aannemelijk en wellicht denk ik er ook zo over als ik, net als
die verwante, de zestig gepasseerd ben. De manager heeft op deze avond in elk
geval een aardig beeld van de voor- en nadelen van zijn ideeën over
ouderparticipatie gekregen.
Het is stil in huis als ik thuiskom. De
kinderen slapen en Gerard zit te puzzelen. Hij is nieuwsgierig naar wat er
gezegd is. Ik vertel hem over de mogelijke toekomstplannen en onze bijdrage in
de zorg voor Margo. Margo is nu nog een aantal nachten bij ons thuis terwijl het
woonhuis de volledige woonindicatie heeft. We doen alle artsenbezoeken en wat al
niet meer (nog) allemaal zelf. We zouden niet anders willen, dat voorop gesteld.
Maar we zijn het er samen over eens dat wij op dit moment als ouders aardig
participeren.
daar zal zeker iedereen het mee eens zijn! maar het is wat je zegt, niet alle ouders/ familie kunnen of willen hetzelfde bieden.Het is belangrijk om daar niet over te oordelen. xxx
BeantwoordenVerwijderen